Wat 'zegt' de kwaliteitstandaard Sportmedisch geschiktheidsonderzoek - Deel 1?
Om sportorganisaties én artsen te ondersteunen in het realiseren van een veilig sportklimaat, werd in opdracht van Sport Vlaanderen een kwaliteitstandaard sportmedisch geschiktheidsonderzoek uitgewerkt.
Deel 1 is een leidraad voor sportorganisaties en sportaanbieders bij het uitwerken van hun visie en onderbouwde keuze over het al dan niet verplichten van of adviseren over een sportmedisch onderzoek naar haar sporters.
Welke richtlijnen worden er vermeld voor sportorganisaties?
= leidraad om een visie en beleid uit te werken
Beleid en verantwoordelijke
- Stel een verantwoordelijke aan voor veilig sportklimaat.
- Raadpleeg bij het uitwerken van beleid een arts, een sportmedische commissie of de erkende organisatie (Sportieq e.a.).
Administratieve efficiëntie
- Vermijd overbodige attesten.
- Gebruik steeds de gestandaardiseerde vragenlijstbij eerste aansluiting of herstart, en herhaal elke 4 jaar.
Doelgroepenbeleid
- Beslis per doelgroep: informeren – aanbevelen – opleggen (verplichten).
- Houd rekening met:
- Leeftijd (vanaf 6 jaar, met bijkomende check op 14j en 18j),
- Sportief niveau,
- Type sport (aard/intensiteit),
- Frequentie van SMGO.
- Alleen waar nodig opleggen, beperkt tot een minimum.
Informatie en communicatie
- Informeer correct over inhoud, doel en vereisten van een kwaliteitsvol SMGO.
- Maak een stroomschema: wie, wanneer, hoe vaak.
- Communiceer beleid via website, brochures, nieuwsbrief.
- Volg vormingen over actuele richtlijnen.
Financiële transparantie
- Geef info over kostprijs, RIZIV-terugbetaling, tegemoetkomingen mutualiteiten en mogelijke subsidies voor getalenteerde sporters.
Specifiek voor topsportfederaties
- Werk duidelijke visie uit over onderscheid tussen SMGO en prestatietesten.
- Zorg voor een beleid rond overgang jeugd → topsport.